De strandleeuwerik (Eremophila alpestris) is een vogel uit de familie van de leeuweriken (Alaudidae). De vogel heeft een uitgebreid verspreidingsgebied in zowel de Nieuwe Wereld als in Eurazië en Noord-Afrika.
Kenmerken: Het verenkleed is aan de bovenzijde grijsbruin en aan de onderzijde vaalwit. De strandleeuwerik heeft in de broedtijd een opvallende koptekening: verlengde zwarte veren op de kruin vormen “hoorntjes”, daaronder zit een gele band die loopt over het voorhoofd met daaronder weer zwart rond het oog en op de “wangen”. De keel is weer geel en daaronder zit weer een zwarte borstband. Door dit patroon is de strandleeuwerik duidelijk herkenbaar.
Er worden meer dan veertig verschillende ondersoorten onderscheiden die kleine verschillen vertonen in de koptekening en in het formaat. Bij de ondersoorten uit de Nieuwe Wereld en E. a. flava, E. a. brandti en E. a. atlas uit Eurazië en Noord-Afrika bestaat er geen verbinding tussen het zwart van de borstband en het zwart rond het oog; bij de andere (onder)soorten uit Zuidoost-Europa en Azië is dit wel het geval.
De vogel is in Nederland (E. a. flava) vooral te zien in het winterkleed, waarbij de koptekening minder duidelijk te zien is. De lichaamslengte van deze ondersoort bedraagt 16 tot 19 cm.
Leefwijze: Het voedsel bestaat uit zaden, insecten, kreeftjes en schelpdieren.
Voortplanting: Het legsel bestaat uit drie of vier eieren, die in een kuiltje worden gelegd in een nest van halmen.