Het Paapje (Saxicola rubetra) is een kleine zangvogel, die vroeger werd ingedeeld bij de familie van de lijsterachtigen, Turdidae. Volgens de huidige inzichten behoort de vogel tot onderfamilie van de saxicolinae en de familie van de vliegenvangers (van de Oude Wereld), Muscicapidae. Het paapje is nauw verwant met de roodborsttapuit (Saxicola torquata).
De wetenschappelijke, Latijnse, naam van het paapje betekent roodachtige bewoner van rotsen.
Kenmerken:
Het is een bruingestreept vogeltje met een lichte borst. Het mannetje is wat sprekender getekend en heeft een roodachtige borst. Zowel mannetje als vrouwtje hebben een duidelijke oogstreep. Paapjes komen tijdens het broedseizoen in vrijwel heel Europa voor. Het is een typische Europese soort want 94% van alle paapjes over de wereld komen daar voor.
Leefwijze:
Het voedsel bestaat uit insecten, larven, wormen, rupsen, vlinders, slakjes en spinnen.
Voortplanting:
Het legsel bestaat uit vijf of zes blauwe tot donker blauwgroene eieren met roestbruine stipjes. De vogel broedt tweemaal per jaar.